De mosterd van AWV
Sprekers
Extern: Yves Stevens, woordvoerder Nationaal Crisiscentrum
Intern: Rob Vanderheyden, externe consultant die mee heeft gewerkt aan het AWV crisismanagementplan.

Zijn we voorbereid op een crisis?
Extreme weersomstandigheden, een kettingbotsing, loshangende stukken op een viaduct … het zijn maar enkele voorbeelden van crisissituaties waarin AWV kan verzeilen. Hoe gaan we ermee om en zijn we goed voorbereid? Tijdens de inspiratiesessie van december zoomden we hier dieper op in.
Een crisis of een ramp?
Yves lanceert tijdens zijn presentatie de termen crisis, ramp, noodsituatie of incident. Deze vier termen worden door elkaar gebruikt, maar eigenlijk hebben ze een verschillende betekenis afhankelijk van de ernst en de omvang van de situatie. Samengevat komt het hier op neer:
- Crisis: Grootschalige en langdurige situatie die vaak ingrijpende gevolgen heeft voor de samenleving.
- Ramp: Een plotselinge en ernstige gebeurtenis die grote schade aanricht.
- Noodsituatie: Een situatie die snel aandacht vereist, vaak door een directe bedreiging.
- Incident: Een kleinere gebeurtenis die meestal lokaal en beheersbaar is.
Voorbeelden
In 1996 ontstaat er een kettingbotsing door een plotse mistbank. Meer dan 200 voertuigen waren betrokken, 10 mensen kwamen om het leven, 56 raakten zwaargewond.
Deze kettingsbotsing beschouwen we als een ramp. De omvang van de schade, het aantal slachtoffers, en de impact op de samenleving en het verkeer maken het veel ernstiger situatie dan een noodsituatie of incident. Het had diepe gevolgen voor de betrokkenen en de bredere gemeenschap.
Op 14 oktober dit jaar vallen er brokstukken van een brug op de verbinding tussen de A12 en de Brusselse Ring.
Het is geen ramp, omdat er geen sprake is van veel schade of veel slachtoffers, en ook geen crisis, omdat de situatie lokaal is en beheersbaar door de lokale autoriteiten. De situatie vereist wel snel handelen (het gaat om een drukke verkeersader, misschien vallen er nog brokstukken naar beneden, is de brug nog stabiel?), dus hier spreken we van een noodsituatie.
Natuurlijk is er chaos!
De uitdagingen van een crisis (of ramp …) zijn haar onverwacht karakter, de impact die ze veroorzaakt, de vele onzekerheden die ermee gepaard gaan, de gebrekkige informatie, de tijdsdruk en de nood aan coördinatie. Yves vertelt dat hij zich dan ook blauw ergert aan journalisten die spreken over de ‘chaos’ ter plaatse. Want laat dat net een crisis typeren …

Wat doet AWV bij een crisis?
Om voorbereid te zijn op een crisis heeft AWV een crisismanagementplan en crisiscommunicatieplan. Dat werd onlangs goedgekeurd op de directieraad en wordt de komende maanden geïmplementeerd in onze werking. Wat staat er in?
Kleurencodes: van ladingverlies tot een overstroming
In het crisisplan categoriseren we incidenten aan de hand van kleurcodes. Deze kleurcodes helpen ons om snel te bepalen hoe ernstig een incident is en welke acties we moeten ondernemen. Factoren die mee de kleur bepalen zijn: de omvang van de situatie, de ernst ervan, de mogelijke media-aandacht en het aantal partijen die betrokken zijn.
Groen staat voor een issue, een situatie van beperkte omvang en ernst met mogelijke beperkte media-aandacht. Denk aan ladingverlies van een vrachtwagen op de autostrade waardoor de weg uren versperd is. Het andere uiterste is paars dat staat voor een ramp: een crisis die AWV overstijgt en voor de hele overheid van toepassing is. Denk aan de watersnood in de Westhoek van 2023 die grote delen van de regio onder water zette, leidde tot aanzienlijke schade aan infrastructuur en noodgedwongen evacuaties. Dit incident overstijgt AWV en heeft een nationale impact, waarbij meerdere overheidsinstanties betrokken zijn.

Crisismanagementteam in actie
Van zodra we te maken hebben met een crisissituatie code oranje (lokale crisis), rood (organisatiecrisis) of paars (ramp), activeren we het crisismanagementteam (CMT). Dat team heeft de hoogste autoriteit tot de crisis is opgelost. Ze maakt een constante analyse van de gebeurtenissen, bepaalt de juiste reactie, voorziet de nodige middelen en klopt de boodschappen voor communicatie af. Het team zorgt ervoor dat alle activiteiten tijdens de crisis gecoördineerd worden, en verzekert dat de crisis prioriteit krijgt boven andere verantwoordelijkheden, zodat we snel en correct reageren op de situatie.
Wie zit er in het CMT?
Dit voorjaar rollen we het crisismanagementplan uit in de organisatie. We starten vanaf januari met het bemannen van onze crisismanagementteams (CMT’s) - dat zijn er in totaal zes: één per TAW en één centraal. De rol van voorzitter van zo’n team wordt lokaal ingevuld door het afdelingshoofd, en op centraal niveau door de AG. De andere rollen in het CMT zijn de crisiscoördinator, de operationele verantwoordelijke, de vertegenwoordiger van het crisiscommunicatieteam (CCT), de logger en de assistent. Ze hebben elk hun eigen specifieke rol en verantwoordelijkheden.
Alle informatie vind je terug in het vlot leesbare crisismanagementplan onder 12.2 op de kennishoek. Neem zeker eens een kijkje!