INTERVIEW
Annick De Ridder
Op 30 september legde Annick De Ridder als nieuwe minister van mobiliteit en openbare werken de eed af. Tijd om kennis te maken. We legden onze nieuwe minister 10 vragen voor over mobiliteit, AWV en … favoriete bestemmingen.
Wat vindt u interessant aan mobiliteit?
Mobiliteit is de slagader van onze samenleving. Het bepaalt hoe vlot onze economie draait, hoe leefbaar onze steden en dorpen zijn, en hoe verbonden – neem dat gerust letterlijk - mensen zich voelen. Mobiliteit begint bij een degelijke en goed onderhouden infrastructuur, maar het eindpunt is altijd een maatschappij die duurzamer, innovatiever en toegankelijker is.
U was hiervoor Havenschepen. Kwam u al regelmatig in contact met AWV?
Uiteraard, de haven draait niet alleen op waterwegen, maar ook op een goed functionerend wegennetwerk. Denk aan de ontsluiting van havenzones, de bouw van tunnels en de heraanleg van cruciale wegen.
Wat is uw eerste indruk van AWV?
De enorme expertise die we binnen het agentschap hebben en de verantwoordelijkheid die ze hebben in Vlaanderen. De medewerkers moeten bovendien van alle markten thuis zijn: ze moeten innovatieve oplossingen aanreiken, maar even goed praktische verbeteringen terwijl ze ook nog een gigantisch netwerk van wegen, bruggen en tunnels beheren.
Zijn er AWV-dossiers die uw aandacht al hebben getrokken?
Zeker. Vooral de onderhoudsdossiers waar we vanuit het college van burgemeester en schepenen ook brieven voor gestuurd hebben, ken ik natuurlijk goed. Het is fijn vast te stellen dat de mensen van AWV dat helemaal beslissingsklaar hadden gemaakt. Ook de ontsluiting van onze havenplatformen Zeebrugge, North Sea Port, Antwerpen volg ik natuurlijk als voormalig havenschepen met extra aandacht op.
Wat zijn voor u de prioriteiten voor ons agentschap de komende jaren?
De extra budgetten die we voorzien deze legislatuur zorgen voor opportuniteiten. Ik reken erop dat we daar verstandig mee omgaan en via het GIP (geïntegreerd investeringsprogramma) inzetten op projecten met het grootste hefboomeffect, waarbij we ook echt keuzes zullen moeten maken. Daarnaast moet de focus op onderhoud liggen. Hoe beter het onderhoud vandaag, hoe minder uit de pan swingende kosten over 5 tot 10 jaar.
Wat ziet u als de grootste mobiliteitsuitdagingen voor de komende jaren?
De grootste problemen en meteen ook onze prioriteiten zijn verkeersveiligheid en congestie. Verkeersveiligheid zal een integrale aanpak vragen van sensibilisering en betere samenwerking over de verschillende beleidsniveaus. Wat het fileleed betreft, ik wil daar eerlijk in zijn, dat wordt een werk van lange adem. Onze infrastructuur zal op veel plaatsen vernieuwd worden. De mensen gaan dat dus nog even voelen, maar koken kost nu eenmaal geld én maakt de keuken vuil. Toch ben ik ervan overtuigd dat die inspanningen uiteindelijk hun vruchten zullen afwerpen voor de mobiliteit in Vlaanderen.
U hebt een juridische achtergrond. Wat neemt u hiervan mee in uw functie als minister van Mobiliteit?
Mijn juridische achtergrond helpt me om dossiers met een analytische blik te benaderen en complexe regelgeving te doorgronden. Mobiliteit en infrastructuur zijn nauw verweven met vergunningen, aanbestedingen en contracten. Anderzijds leerde ik tijdens mijn jaren in het bedrijfsleven ook wel om de juridische bril tijdig af te zetten. Als jurist word je getraind om risicoavers te denken en te handelen. En dat is goed, maar 0 risico bestaat niet in het verkeer of in beleidsbeslissingen.
Hoe verloopt uw woon-werkverkeer naar Brussel?
Toch vooral met de auto. Ik moet op zoveel verschillende plaatsen over heel Vlaanderen zijn en dat van ’s ochtends tot ’s avonds laat, waardoor dat simpelweg niet haalbaar is met ons openbaar vervoer.
Gaan we u regelmatig zien op het terrein?
Absoluut. Ik vind het belangrijk om voeling te houden met de realiteit op het terrein. Dat betekent regelmatig projecten bezoeken, praten met medewerkers van al mijn diensten en luisteren naar de mensen voor wie we deze infrastructuur bouwen. Zo reed ik naar aanleiding van de eerste winterprik mee met de strooidiensten. Het interessantste op zo’n moment zijn de gesprekken met de mensen op de werkvloer. En zelf even kunnen plaatsnemen in een heftruck of stuurcabine, dat maakt dan helemaal mijn dag goed
Wat is uw favoriete bestemming in Vlaanderen?
Elke havenomgeving. ‘s Nachts de terminals van Zeebrugge zien, of de petrochemie activiteit langsheen de Scheldelaan, dat kan mij ongelofelijke rust brengen. Ik woon erg graag op het Antwerpse Zuid, maar kan ook enorm genieten van onze prachtige kust, daar kan ik meteen ook mijn hobby uitoefenen: zoeken naar haaientanden.