Terug- en vooruitblik op de winterdienst
De winterdienst zit er net op. Die loopt traditioneel van de derde maandag van oktober tot de vierde maandag van april. Ook de afgelopen periode waren weer heel wat collega’s op pad om op de momenten dat het nodig was de gladheid te bestrijden. We blikken even terug op waarschijnlijk de laatste winterdienst in zijn huidige kleedje. Bruno Heirbrant, adviseur exploitatie en coördinator van de winterdienst, vertelt ons er meer over.
Dag Bruno, hoe is de afgelopen winterdienst geweest?
Bruno: Het was volgens de verbruikscijfers van de smeltmiddelen een gemiddelde winter. We hebben wel een stevige winterprik met sneeuw gehad waarbij ook de temperaturen uitzonderlijk laag waren. Dat valt wel op. We zien momenteel meer extremen. De echte lange winterkoude is er niet meer.
Wat leerde de afgelopen winterdienst je?
Bruno: We trekken er zeker lessen uit. Vorig jaar kwam nog de vraag om de strategische zoutloodsen af te bouwen maar als je dan naar deze winter kijkt, moeten we dat zeker nog eens goed bekijken. Het overgrote deel van het zout is in een korte periode gestrooid. Als we het vergelijken met Nederland, zie je dat hun zoutverbruik echt piekt dit jaar. Terwijl ze anders maar de helft meer dan bij ons verbruiken. Nederland kreeg veel meer sneeuw en dat zie je dus ook in hun zoutverbruik. Maar dat zou dus evengoed ook bij ons kunnen gebeuren. De laatste paar jaren waren het rustigere winters en dat brengt ook wat werkpunten met zich mee. Want daardoor ‘verdwijnt’ de kennis ook een beetje. We moeten die kennis dus regelmatig blijven opfrissen. We mogen niet zomaar meer rekenen op parate kennis alleen want de mensen moeten veel meer kennen dan de winterdienstrichtlijnen alleen.

Sinds afgelopen winterdienst gebruik je ook de input die burgers geven via de KMI-app. Heeft dat goed gewerkt?
Bruno: We hebben daar niet meteen concrete cijfers van. Maar het is wel heel mooi om te zien dat mensen actief informatie willen delen. Het is iets simpel dat enorm waardevol is. We kunnen daar als wegbeheerder zeker nuttige zaken uithalen. We weten wat er gebeurt, met een hoge graad van zekerheid. De camerabeelden die we gebruiken zijn niet genoeg om voldoende dekking te hebben, dankzij de input via de app kunnen we meer gericht gaan werken. En we moeten dat misschien ook wel meer doen. Weggebruikers zijn extra ogen die voor input kunnen zorgen.
Wat moeten we zeker nog vermelden?
Bruno: De complimenten van de Fietsersbond dat we goed werk geleverd hebben waren bijzonder fijn. Ondanks het feit dat we toch wat problemen ondervonden hebben met het materieel dat we aangekocht hadden. Dat vraagt nog wat leertijd en we gaan na hoe we dat nog beter kunnen aanpakken.
Het was waarschijnlijk de laatste winterdienst in zijn huidige vorm?
Bruno: Waarschijnlijk wel. We zijn volop bezig aan de uitwerking van een nieuw permanentiesysteem voor de komende winterperiode. Het plan is te werken met opschaalsysteem naar gelang de strengheid van de winterse omstandigheden, waardoor de belasting ook een stuk lager zou moeten liggen.
Hoe gaat dat in zijn werk?
Bruno: Als er kans is op gladheid, zullen er vijf mensen de opvolging doen voor Vlaanderen. Moeten we strooien, dan roepen we meer mensen op. Preventief zal dat gaan om één extra man/vrouw per district waar ze werken met 1 dienstverlener. Op districten waar ze werken met meerdere aannemers kunnen we dan 2 mensen oproepen als dat nodig is. Bij strenger weer, gaan we de collega’s uit de permanente wachtdienst wegen, de calamiteitenpermanentie in de AWV-volksmond, daar aan toevoegen. En we rekenen op heel wat technische hulpmiddelen die we intussen hebben. Zij zijn onze extra ogen op de weg.
Heel veel succes met de verdere uitwerking!