“Een zeer fijne tijd. In een mooie organisatie.”
Frederik en Geert
De laatsten der sluizenbouwers
Met zo’n vijftig zijn ze, de collega’s van EMT die eind dit jaar AWV verruilen voor een andere tak van de Vlaamse overheid. Ze gaan naar Xperta (een afdeling binnen het departement) of naar de collega’s van De Vlaamse Waterweg. Met hun vertrek komt er een einde aan de expertise binnen AWV op vlak van sluizen, stuwen en beweegbare bruggen. Wij spraken met werkhuisverantwoordelijke in Wevelgem Frederik Merlyn en werfcontroleur Geert De Dapper en blikten samen terug op hun periode bij AWV.
“We zijn altijd een beetje een buitenbeentje geweest. Niet alleen binnen het grote AWV. Ook binnen onze afdeling EMT. Een buitenbeentje van het buitenbeentje dus”, schetst Frederik. Samen met de andere collega’s die instaan voor bewegende bruggen, sluizen en stuwen op binnenwateren en aan de zeemondingen, verruilen hij en Geert op 31 december AWV voor De Vlaamse Waterweg.
Geert: “Nochtans kan je onze werking wat vergelijken met de doorsnee opdeling binnen AWV. Zowel in Antwerpen als in Gent hebben we een team van ingenieurs én controleurs dat instaat voor de nieuwbouwprojecten: nieuwe beweegbare bruggen, sluizen of stuwen. Ik ben er één van. En in de drie werkhuizen hebben we collega’s die onderhoudswerken uitvoeren aan bestaande infrastructuur. Frederik leidt het team in Wevelgem. En die onderhoudswerken doen we zowel zelf als met aannemers. Dat is de opdeling in grote lijnen, al durven we soms wel af te wijken. Sommige investeringsprojecten kunnen ook vanuit de werkhuizen worden opgevolgd.”
Frederik, één van de taken van jouw team is ook het onderhoud van de installaties op de luchthaven van Wevelgem. Het onderhoud van een bagageband staat toch behoorlijk ver van wat ik als de taken van een wegbeheerder zou omschrijven.
Frederik: “Nochtans komt er ook heel wat elektromechanica bij een luchthaven kijken. Niet alleen de bagageband, maar bijvoorbeeld ook de verlichting. Als je van op een afstand naar ons takenpakket kijkt, dan was het wel te verwachten dat wij vroeg of laat wel zouden verschuiven binnen de Vlaamse overheid.”
Geert: “We zijn altijd wel ‘het specialleke’ geweest binnen de grote wegbeheerder. Wij doen écht iets anders. En dan is nog eens het gros van de projecten die wij doen niet eens voor AWV. Onze klanten zijn voornamelijk De Vlaamse Waterweg, afdeling Maritieme Toegang (afdeling binnen het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, red.), de Vlaamse Milieumaatschappij en Het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust.”
Frederik: “Sterker nog, ik ben ervan overtuigd dat het voor onze werkhuizen goed is dat die verschuivingen nu plaatshebben. Hadden wij nog vijf jaar bij AWV gebleven, dan werden wij zonder twijfel ook mee opgenomen in het steeds strengere kerntakendebat net zoals de districten.”
< Werkhuisverantwoordelijke in Wevelgem Frederik Merlyn
Hoe kijken jullie terug op jullie periode bij AWV?
Beide in koor: “Een zeer fijne tijd. In een mooie organisatie.”
Leg uit.
Frederik: “AWV heb ik altijd erg gestructureerd gevonden. Er is een duidelijke organisatie in de afdelingen én in de werking: met die stuurgroepen en commissies. Als ik zie hoe wij als AWV bijvoorbeeld die winterdiensten organiseren, dan vind ik dat zeer knap. Ik voelde me in niet alle werkgroepen altijd even nuttig als man-van-de-sluizen, maar ik heb onder meer van dichtbij mee gevolgd hoe de aanleg van wegmarkeringen geëvolueerd is in de afgelopen jaren. En dat is bijzonder knap.”
Geert: “Sowieso vind ik dat we te weinig benoemen hoeveel expertise er in AWV zit. En dat ga ik ook het meeste missen: de directe collega’s. Die losse contacten met de andere vakexperten ‘s ochtends of ‘s avonds. Het was altijd zo gemakkelijk om elkaar even aan te spreken en je samen over een probleem te buigen.”
Werfcontroleur Geert De Dapper>
Waar ben je het meeste fier op?
Geert: “(zonder aarzelen) Naast de realisatie van verschillende nieuwe sluizen ben ik het meeste fier op de renovatie van de Pierre Vandammesluis (zie foto's bovenaan het artikel, nvdr.). Dat is een heel groot project dat ik mee vanaf het begin heb opgevolgd en ook gaandeweg mee mijn expertise heb opgebouwd. Dergelijke projecten beslaan ook vele jaren en zijn erg complex. Maar ik vond het zeer boeiend om hier aan mee te werken en nog steeds de bijkomende vernieuwingen mee op te volgen. Het is een passie.”
Frederik: “Ik heb de afgelopen negen jaar erover gewaakt dat ons werkhuis relevant is gebleven voor AWV. Er was ooit sprake om ons af te bouwen. Maar door met ons team te blijven waken over de kwaliteit van onze dienstverlening én erop toe te zien dat onze klanten tevreden waren, hebben we dat altijd kunnen afhouden. We hebben die werkhuizen kunnen behouden, zelfs in tijden van het kerntakendebat. Daar ben ik fier op.”
En wat volgt er nu voor jullie?
Frederik: “Zowel Geert als ik gaan over naar De Vlaamse Waterweg op 1 januari. Eerlijk, nog niet alle details zijn gekend. Het is nog niet helemaal duidelijk welke projecten we meenemen - wat bijvoorbeeld met opdrachten voor de Vlaamse Milieumaatschappij of Maritieme toegang? - of wat de overgang voor onze loonbrief zal betekenen, maar we hebben al een eerste contact gehad met ons toekomstig afdelingshoofd. En we weten dat er werk van wordt gemaakt.”
Geert: “Ik verwacht me inhoudelijk aan weinig wijzigingen. Vermoedelijk zullen we ons iets meer gaan specialiseren in deeltaken en dat is verschillend met onze huidige werking: vandaag begeleiden we een project van A tot Z. Ik reken erop dat alle vraagtekens de komende maanden nog verder worden ingevuld.”
Frederik: “Ik zie er ook de mogelijkheden van in. De Vlaamse Waterweg is op zich ook een nieuwe organisatie. En dat betekent ongetwijfeld dat er meer interne groeimogelijkheden zijn. Er zullen meer verschuivingen zijn.”