Op de koffie met Margo en Michiel
Zet een alleskenner over beton en asfalt en een veelweter over (slimme) verkeerslichten samen en je krijgt een meer dan boeiend gesprek. Margo Briessinck, Senior adviseur wegstructuren bij WK en Michiel Pas, studieverantwoordelijke elektromechanische uitrusting wegen bij VWT hebben behalve de eerste letter van hun voornaam nog iets gemeen. Het nummer 25. Margo mocht dit jaar net als onze AG Tom Roelants 25 jubileumkaarsjes uitblazen bij AWV, Michiel blies een paar maanden geleden 25 verjaardagskaarsjes uit. Kort samengevat, Michiel werd geboren toen Margo zijn eerste stappen binnen AWV zette. Tijd voor een ontmoeting!
Margo, 25 jaar bij AWV, proficiat! Hoe kijk je zelf terug op die 25 jaar?
Margo: Heel aangenaam. Eigenlijk is er niet zo heel veel veranderd in die 25 jaar. Wat we doen, vooral op technisch vlak, advies geven, metingen, labo … is hetzelfde gebleven. Zelfs mijn functie is doorheen de jaren niet zo hard veranderd. Alles errond natuurlijk wel. Die 25 jaar zijn voorbij gevlogen. Als ik er nu aan denk dat ik binnen 10 jaar, dan ben ik 62, op pensioen kan gaan, is dat raar. Soms lijkt het alsof ik pas vorige week gestart ben bij AWV.
En Michiel, waar zie jij jezelf binnen 25 jaar?
Michiel: Ik hoop dat ik binnen 25 jaar met evenveel voldoening en plezier als Margo kan terugkijken op mijn werk. Dat ik ook kan zeggen dat die jaren voorbij gevlogen zijn. Al vind ik het wel moeilijk om te voorspellen wat er in de komende 25 jaar kan gebeuren. Ik zit nu heel graag waar ik zit. Ik werk aan interessante projecten. Binnen mijn werk zie ik wel heel veel veranderen. Onze verkeerslichten moeten voortdurend inspelen op de technologische veranderingen. We werken met heel veel data die van voertuigen komen, binnen 25 jaar rijden er misschien zelfrijdende auto’s rond, hebben we in de toekomst nog verkeerslichten nodig … Moeilijk om vooruit te kijken.
Zou je die 25 jaar op dezelfde manier opnieuw doen Margo?
Margo: Ja, ik denk het wel. Als je studeert, sta je er eigenlijk niet bij stil dat je in de wegenbouw terecht gaat komen. Bij bouwkunde denk je vooral aan bruggen bouwen, sluizen, tunnels … maar nooit aan het leggen van asfalt tussen twee punten. Ik leerde er weinig over in mijn studies. Toen ik begon dacht ik ook ‘wat is nu speciaal aan asfalt of beton leggen om op te rijden’. Maar eens je eraan begint, komt er heel wat bij kijken. Er zit heel veel technologie achter. Het is zeker minstens even interessant als de grote bouwwerken. En dat leer je pas op de job zelf. Michiel: Dat is zo voor alles wat met infrastructuur te maken heeft. Niks is wat het lijkt. Zelfs bij de meest eenvoudige dingen, komt heel veel technologie kijken. Dat weet je pas als je er mee bezig bent. Ik kreeg ook een heel algemene opleiding. Geen enkel vak ging specifiek over verkeer. Maar het is een voorbeeld van een praktijkoefening en je kan alle kennis die je meekreeg daarvoor wel gebruiken. Het meeste, specifiek over verkeerslichten, leerde ik de eerste maanden hier bij AWV. En dat leren stopt nooit! Margo: Je blijft nieuwe dingen ontdekken. Ik ben deels ook bezig met Asset Management. Dat is voor veel mensen en binnen AWV ook nieuw. Je blijft nieuwe dingen leren, lezen en doen. Nieuwe materialen, nieuwe methodes … Het stopt niet. Het is typerend voor afdelingen als VWT en WK. We onderzoeken veel en dan kom je sneller met nieuwe dingen in aanraking voor ze omgezet worden in de praktijk. Dat maakt het werk voor mij interessant.
Je bent net voor corona gestart, Michiel. Heb je ‘het echte’ AWV al kunnen ervaren?
Michiel: Ik vond de aanpak wel goed. Het digitale werken was goed georganiseerd, het contact met de collega’s verliep vlot en binnen mijn team zijn er heel veel inspanningen gedaan om digitaal te verbinden. Maar het had wel een invloed op mijn inwerkingsproces. Ik kijk uit naar echte, verbindende teamactiviteiten en de informele momenten om een band op te bouwen. En het zal ook fijn zijn om vaker met de projectingenieurs waar ik mee werk te kunnen samen zitten. Margo: Veel informele momenten vallen inderdaad weg. Alles is meer geformaliseerd en gestructureerd. Je kan niet snel tussendoor iemand zijn mening vragen. Je mist de collega’s. Nieuwe collega’s die in die periode gestart zijn, heb ik nog niet zoveel kunnen zien. Ik ging wel af en toe een (halve) dag naar mijn bureau om bepaalde taken te kunnen doen en ook de collega’s in levende lijve te zien. Veel van mijn collega’s zijn op de baan of werken in het labo, die kunnen sowieso niet thuiswerken. Voor hen gaat dat werk ook gewoon door, mits de juiste coronaveilige aanpassingen en regelingen. Maar ik heb wel de voordelen van thuiswerken ontdekt. Dat had ik vooraf zeker niet gedacht. Het voelt meer ontspannen aan. Ik woon op wandelafstand van mijn werkplek. Daardoor werkte ik voor corona zelden thuis. Ik ga het misschien wel meer doen als we niet meer moeten. Michiel: Ik kon met al mijn kleine en grote vragen de afgelopen periode gelukkig terecht bij mijn peter/meter. Een goed systeem, want zo wist ik wie ik mocht bestoken met al mijn vragen. Ik ben in de afgelopen periode zelf ook leidinggevende geworden. Dat was wel een extra uitdaging. We moesten wel creatief zijn om te zorgen voor een goede verstandhouding.
Jullie zijn allebei ingenieur van opleiding. Margo, burgerlijk ingenieur, Michiel industrieel ingenieur. Waarom koos je voor die studies?
Margo: Ik wilde bouwen. Ik wist al heel lang dat ik ingenieur wilde worden. In het begin meer richting elektromechanica en ik was ook geïnteresseerd in kernfysica. Maar in de eerste jaren van mijn opleiding is dat veranderd en uiteindelijk ben ik toch aan bouwkunde begonnen. Michiel: Ik was ook jong geïnteresseerd in alles wat met wetenschappen te maken had. Mijn leeftijdsgenootjes lazen strips, mijn ouders kochten voor mij een jeugdencyclopedie. Daar las ik elke avond een hoofdstuk uit. Het was snel duidelijk dat ik richting een ingenieurs- of fysica-opleiding zou gaan. De pure fysica bleek op de opendeurdagen iets te hoog gegrepen. Industrieel ingenieur was meer toegepast en dat was voor mij wel belangrijk.
Wat zou je binnen AWV graag nog verwezenlijken?
Margo: Een van mijn stokpaardjes is Asset Management. Ik hoop dat we daar nog grote stappen in kunnen nemen, het liefst voor ik met pensioen ben. Er moet nog heel veel rond gebeuren en het is een werk van lange adem. Het is een andere manier van werken. In plaats van te vertrekken vanuit je klant, vertrek je vanuit je assets die je beheert maar wel rekening houdend met de doelstellingen van onze organisatie en de context van de belanghebbenden. Een meer rationele en formele manier om er mee om te gaan. Michiel: Ook op vlak van verkeerslichten is uniformisering wel belangrijk. Er zijn nu heel wat systemen, applicaties die uitgerold worden en je hebt ook het asset management. Als we meer naar uniformisering kunnen, krijgen we installaties die mooi op elkaar zijn afgestemd en hebben we een duidelijker overzicht.
Wat wil je graag nog meegeven?
Margo: Het is belangrijk dat je je job graag doet. Anders blijf je er geen 25 jaar. Toen ik bij AWV begon, werkte iedereen er al heel lang. Tegenwoordig is dat niet meer zo evident in de werkwereld in het algemeen. Er is veel meer rotatie. Als het interessant blijft, moet je dat koesteren. Hopelijk zit Michiel hier binnen 25 jaar ook nog! De Vlaamse Overheid is een goede werkgever. Michiel: Dat klopt. Onze functies staan heel nauw in verband met technologie. Dus ik hoop dat die prikkels altijd gaan blijven komen. Die zorgen ervoor dat het werk interessant is. Margo: Daar moet je zeker geen schrik voor hebben! Er komen altijd wel nieuwe dingen naar boven. Technologische ontwikkelingen gaan soms heel snel. Toen ik begon, waren er nog geen gsm’s en hadden we nog een telefoniste.
Is er iets dat je onze andere collega die hier al 25 jaar werkt (onze AG) nog wil meegeven als afsluiter?
Michiel: Blijf grappige fimpjes maken! Dank je wel Margo en Michiel!