De dag van Kevin Wuyts, laborant bij Wegenbouwkunde
Voor De Dag van mochten we op bezoek bij Wegenbouwkunde (WK). We doken samen met collega Kevin Wuyts het labo in. Een van zijn kerntaken zijn de teerproeven. Hij is één van de negen laboranten bij WK. Maar momenteel de enige die teerproeven uitvoert. Wat dat is en hoe Kevin dat aanpakt? Dat lees je hier.
Thuis - Tijd om te vertrekken. De rit van Vilvoorde naar Evere is maar een kleine 10km dus gaat vlot. Ik start graag vroeg aan mijn werkdag, zo kan ik mijn zoon Gus (4 jaar) elke dag zelf van school halen.
Rond 7u ben ik meestal in Evere. Ik start mijn werkdag met het bekijken van de nieuwe dossiers die binnengekomen zijn. Ik zorg er ook voor dat de industriële ovens aangezet worden om op te warmen. Die hebben we straks nog nodig. We gebruiken ze om stalen op te warmen.
Teerproeven
Als we nieuwe wegen aanleggen, wordt eerst de oude weg opgebroken. In het materiaal dat we tegenwoordig gebruiken zit geen teer meer, maar in het verleden was dat wel het geval. Dus testen we het afbraakmateriaal op de aanwezigheid van teer. Werd in het verleden teer gebruikt bij de aanleg? Dan heeft dat een invloed op de maatregelen die we moeten nemen (afbraakmateriaal met teer moeten we zorgvuldig afvoeren) als we een weg aanleggen. Het heeft ook een invloed op het budget en we kunnen niet zomaar materiaal van de afbraak recupereren.
Na het denkwerk is het tijd voor de praktijk: de teerproeven. In 2021 verwerkte ik (deels samen met mijn collega) 3006 stalen. Er ligt dagelijks dus heel wat werk op de plank. In de voormiddag hou ik me bezig met het markeren en verzagen van de kernen. Dat zijn stukken die de collega’s uitboren in de bestaande weg. De kernen zijn cilinders van 113mm diameter, de hoogte varieert naargelang de opbouw van de weg.
De teerproeven doe ik de hele week door. Ze lopen in verschillende fases. Tussendoor ga ik dus ook aan de slag met de de kernen die ik gisteren al heb verzaagd. Ik haal de kernen uit de oven, verbrokkel ze in kleine potjes en kijk een eerste keer met een UV-lamp om te zien of er sporen zijn van teer. Het is de laatste stap in de voorbereiding van het proefproces.
Middagpauze. Corona zorgde vaak voor eenzame middagpauzes, gelukkig druppelt er intussen al wat vaker meer volk binnen. Het perfecte moment om ook wat verhalen uit te wisselen.
Deel twee van de werkdag. We doen nu een tweede visuele controle met een straffere UV-lamp. Die controles hebben geen wetenschappelijke waarde maar kunnen je wel al een eerste indicatie geven van de aanwezigheid van teer. Daarna gaan de stalen richting de infraroodmachine voor een uitgebreidere controle.
De teerproeven zijn mijn kerntaak, maar daarnaast start ik ook nog andere proeven op. Zo test ik de elasticiteit van de bitumen (dat is het bindmiddel om steenslag, zand en vulstof bij asfalt samen te houden). En ja, daar komt vuur aan te pas.
Mijn werkdag rond ik standaard af met het maken van de rapporten van de testen. Ik probeer dat steeds te bundelen zodat ik ze allemaal in één keer kan maken in plaats van na elke afzonderlijke proef. Ik kijk ook eens naar de proeven die nog lopen zodat ik ze kan opvolgen.
De dag vroeg starten is de dag vroeg kunnen eindigen. Tijd om naar huis te gaan. Morgen ben ik weer paraat om 7u.