Opvallende hobby
Arthur De Vos
Het is een bezige bij, Arthur De Vos. Klarinet spelen, zwemmen, dansen, met de motor rijden … en daarnaast ook nog studie-ingenieur ITS (Intelligent Transport Systems) bij het Verkeerscentrum. Maar wij gingen langs voor nog een andere bezigheid: muurklimmen. Want je kan Arthur regelmatig tegenkomen in de klimzaal. Dat vroeg om wat meer uitleg.
Arthur, we lieten ons toefluisteren dat jij een klimmer bent.
Arthur: Ik startte er intensief mee net na mijn studies, samen met een collega. Daarvoor ging ik wel eens af en toe klimmen maar nog niet zo fanatiek. Je hebt twee disciplines: boulderen (klimmen op lage hoogte zonder touw en beveiliging) en je hebt lengteklimmen (klimmen met touw en op grotere hoogte). Ik doe vooral boulderen. Dat is leuk omdat het korte routes zijn. Het is heel intens en je hebt er veel kracht voor nodig. Daarnaast vind ik vooral het probleemoplossend denken leuk. In het boulderen haal je vaak de trukendoos boven om voorbij een moeilijke pas te komen. Uiteindelijk is er altijd een route te vinden waarvan je misschien eerst dacht dat je niet sterk genoeg was.
Wat betekent intensief klimmen?
Arthur: Ik ga minstens drie keer per week boulderen. Meestal ga ik dan ook nog één keer per week lengteklimmen. Verwacht niet dat ik supergoed ben (lacht). Ik moet gewoon veel gaan klimmen om iets te kunnen. Het is niet dat ik een groot talent heb, maar ik verbeter elke dag. Het vraagt geduld om beter te worden.
Behalve in het touw en de beveiliging, waar ligt het verschil tussen boulderen en lengteklimmen?
Arthur: Het verschil tussen boulderen en lengteklimmen is het verschil tussen een sprint en een marathon. Lengteklimmen duurt veel langer, boulderen is de sprint. Bij lengteklimmen moet je veel meer geduld hebben, regelmatig rusten. Je weegt ook best iets minder. En die drie zijn niet mijn sterkste troeven. Daarnaast is de combinatie met het mentale niet te onderschatten, zeker als je buiten klimt.
Je klimt dus ook buiten?
Arthur: Ja, paar weken terug ging ik met een vriend lengteklimmen in Pont-à-Lesse in de Ardennen. Na zo’n reis moet ik altijd bekomen. Ik heb wel wat hoogtevrees. Ik kan dat uitschakelen tijdens het klimmen maar het is best heavy als je op een heel kleine uitstulping staat. Dat voel je aan je tenen en je vingers. En dan moet je er nog aan denken om jezelf te beveiligen om niet 4m naar beneden te vallen. Dat is mentaal wel pittig, maar tegelijk ook leuk. Het is de grenzen opzoeken en dat is plezant.
Boulderen kan je ook buiten?
Arthur: Daarvoor is een heel gekend gebied vlak boven Parijs, Fontainebleau. Dat is een nationaal park dat wereldbekend is voor het boulderen. Ook daar ging ik onlangs nog klimmen. En dat is echt heel leuk. Je zit er tussen de bossen. Je hebt geen touw nodig, het is mentaal niet zo zwaar. Als je valt, val je op een crashpad (soort valmat). Het is de sfeer van het boulderen in zijn geheel die het zo leuk maakt: het kamperen in de natuur, het ontspannen gevoel en de rust.
Waar droom je nog van op klimgebied?
Arthur: Er zijn niveaus in het klimmen. Ik hoop natuurlijk om zo hoog mogelijk te kunnen klimmen. Maar het is een struggle om veel te stijgen in niveau. Ik wil vooral beter en fitter zijn. Niet veel wegen is wel meegenomen. (lacht)
Zijn er overeenkomsten tussen je job en je hobby?
Arthur: Het boulderen heeft zeker dat probleemoplossend denken dat in mijn job zit. Maar daarnaast is het vooral de ideale ontspanning naast mijn werk. Ik heb mijn denkvermogen nodig om te klimmen, dan heb ik niet de tijd om na te denken over mijn werk. Het sociale aspect vind ik er ook heel leuk aan. Het samen zoeken naar oplossingen en zowel jezelf als een ander het zien doen is het beste.
Waar droom je nog van op klimgebied?
Arthur: Klimmen is gewoon superleuk! Het zou wel leuk zijn om met een paar collega’s te gaan boulderen. Er was een tijd geleden wel wat enthousiasme rond op de #WijZijnAWV-chat dus dringend tijd om eens samen te gaan klimmen. Kandidaten welkom!